Na de spectaculaire aanval op Purgatorium en de onverwachte steun uit militaire hoek, is het verzet sterker dan ooit. In hun geheime kamp in het hart van het Zoniënwoud broedt Apollo met haar nieuwe bondgenoten op een plan om het regime de genadeslag toe te brengen.
Kanselier Devenne van zijn kant heeft hoofdinspecteur Alwin Caerts van de antiterreurbrigade de opdracht gegeven om het verzet met alle mogelijke middelen uit te roeien. Voor de rebellen wordt het een helse opgave om enerzijds Caerts en zijn vossen te slim af te blijven en anderzijds het volk te mobiliseren voor wat de grootste revolutie moet worden die België ooit heeft gekend. De veertienjarige Jarne en zijn vrienden worden meegesleurd in een hondsbrutale guerrilla in de straten, de metrostations en de winkelgalerijen van Brussel. Het einddoel is het militaire cordon van het Warandepark, waar Devenne zich verschanst heeft in het Koninklijk Paleis.
De inzet is nog nooit zo hoog geweest. De strijd nog nooit zo gevaarlijk.
